Spring naar inhoud

I 9

I 9: Kiezen of delen

Gradatim
Vis, Cotta - Jij wilt, o Cotta,
bellus homo videri - een elegante man lijken
et idem magnus - en tevens een groot (man).
Sed qui bellus homo ‘st - Maar wie een elegante man is,
Cotta - o Cotta,
pusillus homo ‘st - is maar een miezerig mannetje.

Metriek: elegisch distichon
Versonderbeking: semiquinaria en bucolische dihaeresis
Prosodie
- homo et - synaloephe
- homo ‘st - proëlisie
Kwantiteit: Bellus homo - /h/ maakt geen positie: de tweede
lettergreep van bellus is dus kort.

Bellus homo et magnus vis idem, Cotta, videri.
Sed qui bellus homo est, Cotta, pusillus homo est.

 

Modieus en elegant
wil jij aardig zijn, charmant
en daarbij belangrijk lijken.
Je moet het, Cotta, zo bekijken:
van wie een leuke man wil zijn
is ’t aanzien doorgaans nogal klein.

Commentaar

- pusillus - slechts pietepeuterig (restrictieve betekenis)
- Barié en Schindler interpreteren in hun Tusculum-editie
dit epigram wellicht seksueel, getuige de uitdrukking
'ein richtiger Mann'. Bellus komt dan in de sfeer van
'verwijfd', of zelfs 'mietjesachtig' te liggen.
Het kan, maar het hoeft niet.

* * *

 

Gepubliceerd inMartialis